Japan!
Door: Milan
Blijf op de hoogte en volg Milan
01 Mei 2014 | Japan, Kyoto
Gelukkig zijn wij intussen wat gewend en konden we de weg vinden, en waren we ongeveer een uur later bij ons hotel. We hadden gekozen voor een klassieke Tokyo ervaring en hadden een capsule hotel geboekt. Deze capsules zijn erg klein, capsule hotels zijn vooral voor Japanse businessmen die de laatste trein naar huis hebben gemist en dus ergens even moeten slapen. We konden het hotel nog niet in maar konden wel de tassen daar achterlaten, dus het was tijd om te gaan verkennen!
Ons verkennen bestond er ten eerste uit dat we het eerste zijstraatje in gingen dat we konden vinden en ontbijt bestelden. Aangezien er niets in het Engels was hadden we geen flauw idee wat we gingen krijgen, maar de soep die we kregen was heerlijk. De paar uur daarna vermaakten we onszelf door iedere winkel in te duiken die al open was (het was nog steeds een uur of 7 ’s ochtends) en gebiologeerd te kijken naar alle absurde dingen die ze in Japan verkopen. Wil je een piratenpak aan met een panda-hoofd erbij? Kan geregeld worden. Tijdens het in en uitstappen in de metro kwamen we ook het fenomeen tegen dat de metro in Tokyo is: De wagons hebben een oneindige capaciteit. Zelfs als je denkt dat er niets meer bij kan komen er nog met gemak 10 man de metro in. Ook is het compleet stil in de metro, wat ons het gevoel gaf dat het niet de bedoeling was te praten in de metro.
Om 10 uur hadden we afgesproken met een vriendin van Alice bij een tempel. Aangezien we er om 9 uur waren lag tegen de tijd dat het 10 uur was zo’n 80% van de groep al te slapen, maar na wat wakker maken en anderhalf uur zoeken was Alice dan toch met haar vriendin herenigd. Deze vriendin, Chloe, had al aardig wat van Tokyo verkend en nam ons dan ook mee naar het manga-district, waar mensen rond zouden moeten lopen verkleed als hun favoriete stripfiguren. Was helaas niet het geval, maar wel een heel apart gebied. Hierna gingen onze meiden zich laten photoshoppen in een photobooth om foto’s met de typische Japanse perfecte huid te krijgen, met als resultaat foto’s waarin ze een stel aliens lijken. Voor lunch kozen we voor sushi, wat nog moeilijker te vinden was dan verwacht. Je zou zeggen dat je in Japan op elke straathoek wel sushi hebt, maar dat valt tegen. Ook bleek tijdens onze queeste voor sushi dat Japan een aparte cultuur heeft. Mensen eten staand, maar vooral: Mensen eten alleen. De meeste restaurants waren erop ingericht dat je alleen zou eten, soms ook nog met een TV om naar te kijken. Een restaurant vinden waar we met zijn zessen rond een tafel konden zitten was dus “een uitdaging”. Verder is me verteld dat de sushi in Japan inderdaad voor mij niet zo geweldig zou gaan zijn, aangezien de sushi die we in Nederland hebben blijkbaar een erg hoge standaard is!
Hierna was het 3 uur en moest Chloe helaas naar haar vliegtuig en besloten wij langzaamaan naar ons hotel te gaan om in onze capsules in te checken. Aangezien we nu toch eindelijk konden inchecken hadden we om 4 uur de tijd om even te gaan slapen, dus allemaal een hazenslaapje van een uur gehad. Hierna was het tijd naar de Ginza te gaan, een gebied in Tokyo dat erg hip en trendy is, met extreem dure winkels en veel leuke restaurantjes. Toen we daar aankwamen bleek het erg druk te zijn op de Ginza, al hadden wij geen idee waarom. Later bleek dat Barack Obama speciaal voor ons was uitgevlogen naar Japan en hier aan het dineren was in een van de restaurants, met als resultaat dat half Tokyo overhoop lag om hem veilig te proberen te houden. Wij zelf vonden na veel rondlopen een restaurantje op 3 hoog, dat we toevallig bereikten door eerst een trap op te gaan, dan een restaurant in te gaan en vanuit dit restaurant een lift naar de verkeerde verdieping te nemen. Heerlijk lokaal eten gegeten, al moet je me niet vragen wat het allemaal precies was. Obama had ons restaurant blijkbaar niet kunnen vinden en heeft uiteindelijk bij een of ander overgewaardeerd restaurant gegeten. Hierna naar ons hostel, en aangezien ik even wilde douchen ging ik de shower area in. Blijkbaar doucht men hier gezamenlijk, want het was een grote zaal met een soort stenen waar dan een douche aan zat. Je ging dus ergens zitten, en douchte dan zittend. De hele kamer leek een soort sauna. Gezellig dus schouder aan schouder gedoucht met wat naakte Japanse mannen naast me. Hierna rond een uur of 2 ons bed in gekropen, we moesten alweer vroeg op.
Normaal ben ik al een slechte slaper, maar afgelopen nacht was wel heel erg. De capsules zijn niet bepaald geluidsdicht, dus als er dan een paar man snurkt en de alarms vanaf 3 uur ’s nachts (gekke Japanners!) beginnen af te gaan en het bed net niet gebouwd is op Nederlandse maten slaap je toch niet zo lekker. Maar goed, om half 10 ons bedje uit want om 10 uur moesten we alweer uitchecken. Tassen in het capsule hotel laten mocht eigenlijk niet, maar na wat mooie Engelse woorden te hebben gebruikt om ze in verwarring te brengen hadden we ze toch voor de gek gehouden en bleven onze tassen nog even daar. Toen we de stad in gingen begonnen we met het Metropolitan Government Office, een gebouw waar je tot 202 meter hoog kan en dan van het uitzicht over de stad kan genieten. Op heel heldere dagen kan je zelfs Mount Fuji zien. Het uitzicht was inderdaad heel indrukwekkend, al was het helaas niet helder genoeg om Mount Fuji te zien. Geen probleem, gaan we toch over een paar dagen al heen! Hierna was het tijd naar een Japanse tuin te gaan waarvan ik de naam even kwijt ben, waar in het seizoen heel mooie cherry blossoms zijn. De bloeiperiode was al voorbij, maar het was toch erg mooi en leuk wat natuur te zien midden in Tokyo. Daarna was het tijd voor de lunch, en ik had gisteren iets heel moois gezien! Het was dan niet bepaald lokaal, maar het was mogelijk voor 6 euro all you can eat pizza/pasta te doen! Aangezien alles hier niet bepaald goedkoop is leek me dat een goede deal en gingen we daar dus ook heen. Ze zullen niet erg blij met ons geweest zijn, aangezien ik pas na 17 stukken het opgaf. Heerlijke pizza, er was zelfs pizza met vanille en brownies.
Hiertegenover was de plaats waar onze meiden de gekke Japanse foto’s hadden laten maken, en het leek ons een geweldig idee de mannelijke versie van deze foto’s te nemen. Nu kwamen de foto’s er niet erg mannelijk uit maar wel erg apart, als het lukt gaan we ze uploaden op facebook. We zien er allemaal prachtig uit met gladde huid, grote ogen en op de een of andere manier is er ook nog eens make-up bij gephotoshopt. Onze grote roze lippen maken het plaatje mooi af. Wat ook nog op onze planning stond voor deze dag was een sumo-stal vinden. Er was ons verteld dat deze moeilijk te vinden waren, en wij wilden graag een sumo training zien. We wisten wel ongeveer het gebied waar we moesten zoeken, dus we gingen op pad. Dat bleek een leuke zoektocht te worden! De eerste sumostal die we vonden was in een gebouw, op de derde verdieping. Nadat ik erg enthousiast aanklopte bleek het een woonhuis te zien, en toen we onze sumo imitatie deden wees de bewoonster erg vriendelijk naar de volgende deur. Toen we hier aanklopte werd er opengedaan door een vrouw in kimono, wat al iets veelbelovender was. Met handen en voeten probeerden we uit te leggen dat we sumo wilden zien en vroegen we of dit een sumo-stal was (“Sumo? Sumo training? Train, workout, practice? No? Sumo sumo?”). Na zo’n 5 minuten van dit kwamen we erachter dat het een restaurant was met een sumoworstelaar in hun logo. Helaas dus. Weer verder, achterstraatjes in hopend een sumoworstelaar te zien. We hadden intussen een kaart waar de stallen op vermeld stonden, maar deze kaart bleek ook niet erg behulpzaam. Totdat we op een gegeven moment op straat weer aan iemand vroegen waar een sumo-stal was en hij ons tot de voordeur van een stal liep. Nog voordat we wilden aankloppen ging de deur open en kwam er een sumoworstelaar naar buiten gelopen. Hij schrok een beetje toen hij ons zag, aangezien we met 5 man erg enthousiast voor de deur stonden te springen. Hij was erg aardig, maar sprak weinig tot geen Engels. Na een willekeurige voorbijganger te hebben gevonden als tolk kwamen we erachter dat hij ons graag wilde helpen, maar er was morgenochtend geen sumotraining dus we konden ook niet echt kijken. Hij gaf ons wel het adres voor een plek waar hij dacht dat we wel heen konden. Na een foto te hebben gemaakt met onze nieuwe vriend gingen we weer op pad, op zoek naar deze andere sumo-stal. Deze andere sumostal vonden we verrassend snel, en toen we op de knop deur openen drukten ging de deur open. Een technologisch geavanceerde sumo-stal, vergeleken met de rest! Helaas ging de deur ook direct weer dicht, en zagen wij er dus belachelijk uit aangezien de deuren opengingen, wij konden zeggen: Hello, excuse me? En de deuren weer dichtsloegen. Na weer op open te hebben gedrukt, “We would like to see sumo” te hebben gezegd en de deuren weer dichtgingen, en na dit zo’n 10 keer te hebben herhaald besloten we de deuren te openen en naar binnen te springen, want dit werkte niet. De sumoworstelaars daar binnen waren erg aardig en gezellig, ze spraken niet veel Engels maar nodigden ons graag uit om morgenochtend te kijken, dan moesten we er wel om 7 uur zijn. Geen probleem voor ons! Erg blij toch een sumostal te hebben gevonden gingen we terug naar ons hostel, we moesten de volgende dag namelijk al erg vroeg op en het was tijd toch nog een beetje te slapen.
Vrijdag. Erg vroege wekker, we stonden om 3 uur op om naar de bekende vismarkt te gaan. De Tsukiji fish market is de grootste vismarkt ter wereld, en ze laten niet veel toeristen toe. Registratie begint officieel om 4.30, en de eerste 120 krijgen een ticket om de veiling te mogen zien. Wij namen een taxi (duur!) aangezien er nog geen metro’s rijden op dit vroege uur. Toen we aankwamen en erg moe maar optimistisch bij de receptie aan kwamen lopen om 4.30 werd ons verteld dat rond 4 uur het laatste ticket al was weggegeven. Ze waren rond 3 uur al begonnen deze keer, en dit bleek normaal te zijn. Heel erg balen voor ons dus, aangezien we de dag erna al weggingen en niet meer echt een kans hadden het nog te zien. Maar goed, wat we wel konden doen was de verse sushi proberen op de markt. Ook hiervoor moesten we een halfuur wachten voordat we eindelijk naar binnen konden, maar de sushi was dan ook heerlijk. Je zag het restaurant de tonijn binnenbrengen, er stukken vanaf halen en die stukken gingen dan direct in de sushi. Supervers dus, en superlekker ook. Hierna moesten we redelijk snel door naar de sumo, er was ons verteld er om 7 uur te zijn en we wilden niet te laat zijn. We kwamen er om 6.45 aan en deden de deuren open, allemaal erg enthousiast over wat we gingen zien. De sumo’s waren al bezig met hun warming-up, in de traditionele “kleding”. Schoentjes uit, en we wilden gaan zitten. Toen kwam er een man naar ons toe, het leek de eigenaar of manager of trainer of iets dergelijks te zijn, die ons vertelde dat we niet konden komen kijken als we niemand bij hadden die Japans sprak. Na vrij lang discussieren wilde hij ons echt niet binnenlaten, en ook mijn argument dat ik een klein beetje Japans sprak kon hem niet overhalen. Gigantische teleurstelling dus. Maar aangezien we allemaal zo hadden uitgekeken naar sumoworstelen besloten we niet op te geven en gingen we in de buurt rondlopen om toch ergens een sumo training te zien.
Na 2 uur rondlopen, zo’n 50 behulpzame Japanners en 2 gesloten stallen zagen we ineens puur bij toeval een sumostal in een straat. We klopten aan, en de deur werd warempel opengedaan door iemand die een beetje Engels sprak. Hij nodigde ons uit binnen te komen en de training te komen kijken, als we wel een beetje stil wilden zijn. Erg blij gingen we naar binnen, en zaten we 2 uur stil te kijken. De training is echt apart om te zien. Ze zijn inderdaad zoals verwacht allemaal erg dik, maar ook gigantisch sterk en de training is erg zwaar. De dikste sumo had het zo zwaar te verduren met de trainer dat hij op een gegeven moment aan het huilen was en zo erg aan het hijgen was dat we dachten dat hij flauw zou vallen. Gelukkig ging alles goed en hebben we een leuke ervaring gehad daar, ik kan het iedereen aanraden wat tijd te besteden aan het vinden van een sumostal. Aan het einde waren ze ook nog zo aardig met ons op de foto te gaan, dus ik heb eindelijk een foto waarop ik relatief dun lijk! Maar serieus, het was heel gaaf en we zijn blij dat we na zo’n 2 uur zoeken die ochtend er toch nog een hebben kunnen vinden.
Na de sumo besloten we terug te gaan naar het hostel om toch nog even te slapen, maar om redenen die ik me nu niet meer precies herinner hebben we uiteindelijk maar 50 minuten geslapen in het hostel voordat we weer verder gingen. We gingen naar een of andere markt in Tokyo en daarna naar Sensoji tempel in Asakusa. De markt was zoals markten meestal zijn in mijn mening: Druk, veel troep die je niet wilt hebben en als je er met vrouwen heengaat duurt het te lang. Maar goed, aangezien deze markt ook nog eens in Japan was en dus duur was hadden de meiden het ook al vrij snel gezien en konden we door. Na bij de tempel puur toevallig Robin tegen te komen die we hadden leren kennen toen hij Giulia kwam bezoeken in Hong Kong was hij uitgenodigd om vanavond met ons op stap te gaan en was het voor ons tijd ergens wat eten te gaan regelen. Dat is nooit zo’n probleem in Hong Kong, en deze keer werd het ramen noodles. Heerlijk, al duurde het wel lang voordat we de plaats gevonden hadden. Op een gegeven moment vroegen we op straat de weg aan een willekeurige voorbijganger en stonden er binnen 2 minuten een stuk of 15 Japanners om ons heen, allemaal met kaarten en met google of google maps open. Echt, mensen zijn nergens zo behulpzaam als hier in Japan.
Deze avond hadden we zoals al gezegd uitgaan op het programma staan, en we hadden al wat clubs aangeraden gekregen in Tokyo. Na de andere City University studenten te hebben ontmoet en we dus met een man of 10 waren gingen we naar een van de clubs. De wet in Japan is voor clubs en bars een beetje apart. Een bar mag de hele nacht open zijn, maar er mag niet gedanst worden. In een club mag dan weer wel gedanst worden, maar deze moet om 1 uur ’s nachts sluiten. Waar wij heen wilden was dus technisch gezien een bar. Bij de ingang kregen we wat problemen, aangezien de minimale leeftijd 21 was en een paar van ons gezelschap nog geen 21 zijn. Uiteindelijk geen probleem, na het betalen van 20 euro entree mochten we allemaal naar binnen. Van deze 20 euro kreeg je dan wel 2 muntjes voor drank. In het geval van Johan en mij was het 0 euro betalen, en 4 muntjes. Voordeel van een Europeaan zijn denk ik! De “bar” zelf was gezellig, al kwam er van het niet dansen niet heel veel terecht. Een conservatieve schatting is dat er die avond zo’n 500 foto’s van ons zijn gemaakt met de Japanners. Vooral het feit dat we een paar blonde mensen hadden was erg speciaal, tot het punt waarop er aan je haar werd gezeten. Erg apart, maar ook erg grappig.
Aangezien we nog steeds baalden dat we de vismarkt niet hadden gezien gingen we al om half 3 uit de club weg, en namen we een taxi naar de vismarkt. Deze keer waren we wel op tijd, alleen hadden we nog geen ontbijt gehad. Na dus ons ticket te hebben gehaald was het tijd bij een restaurantje wat ontbijt te gaan eten, waar ik erg raar werd aangekeken aangezien ik aan tafel zat met 2 slapende meiden en een pizza + bord friet bestelde. De vismarkt zelf was gaaf om te zien, ze verkopen gigantische tonijn, zwaardvis, en allerlei andere vissen. De hele tour + veiling die we konden zien duurde maar 30 minuten, maar het was het zeker waard om te zien.
Na van de vismarkt terug te zijn gegaan naar ons hostel en weer een uur te hebben geslapen moesten we alweer snel op om naar onze bus te gaan. Vandaag hadden we namelijk Mount Fuji op het programma! De busreis duurde zo’n 2.5 uur, maar toen we eenmaal op 2500 meter hoog op Mount Fuji aankwamen was het uitzicht wel prachtig. Waar ik iets minder over had nagedacht was mijn kleding, ik liep in de sneeuw met een t-shirt en zonnebril. Het was er zo koud geweest en het had zo erg gesneeuwd dat we bij het instappen van de bus werden gewaarschuwd dat niet gegarandeerd kon worden dat de bus echt naar boven zou kunnen (of ons weer terug zou kunnen brengen) en dat er risico was op lawine’s. Aan de 2 meter hoge sneeuwhopen aan de kant van de weg te zien was het niet erg overdreven.
Vanaf het 5th station op Mount Fuji (dat is het hoogste dat je kunt komen zonder bergbeklimmen) gingen we naar Kawaguchiko, een klein dorpje in de buurt van Mount Fuji waarvan ik had gehoord dat je een mooi uitzicht had op Mount Fuji en waar we naar een sake brouwerij konden. Na even van het uitzicht te hebben genoten probeerden we de sake brouwerij te vinden, wat moeilijker bleek dan gehoopt. Uiteindelijk dacht ik het te hebben gevonden en belde ik aan, om erachter te komen dat ik bij een woonhuis had aangebeld. De vrouw met baby die opendeed was aardig genoeg om ons helemaal naar de voordeur van de sake brouwerij te lopen (die we anders echt niet hadden gevonden), en hier kregen we dan onze rondleiding. Sake brouwen gebeurd helaas alleen in de winter, dus we konden niet het echte brouwproces aan de gang zien, maar wat we wel konden zien waren de gigantische tonnen en kranen die ze hadden. Deze brouwerij had tienduizenden liters sake opgeslagen, in verschillende vormen en smaken. De rondleiding concludeerde met sake proeven, een paar verschillende varianten. De eerste keer sake proeven was me niet zo bevallen, maar de sake die we daar kregen was heerlijk. We kregen zelfs wat souvenirs mee, en op het moment van schrijven hoop ik dat het lukt deze souvenirs (flesjes sake, meer dan 100 ml) mee aan boord van het vliegtuig te smokkelen. We shall see. Na een foto van ons onder de cherry blossom (kersbloesem?) te hebben gemaakt vertelde de eigenaar ons trots dat hij deze foto op de voorpagina van zijn website zou zetten en dat hij het leuk vond dat we waren geweest. Erg schattig allemaal.
In Kawaguchiko is ook Lake Kawaguchiko te zien, een indrukwekkend meer met veel cherry blossoms (helaas, weet echt het Nederlandse woord niet) eromheen. We hadden de bloeitijd van de cherry blossoms gemist, dus de meesten zagen er vrij triest uit, maar je kon je wel voorstellen hoe mooi het eruit zou zien als ze in volledige bloei waren. De rest van de dag werd besteed aan het rondlopen door Kawaguchiko, lokaal eten proberen en hopen dat onze bus er snel zou zijn aangezien het erg koud werd, we moe waren en we geen plaats hadden om te slapen. Toen we uiteindelijk een restaurant ingingen hebben we daar meer dan 2 uur gezeten en toen we weggingen bleek hoe erg we daar kamp hadden opgezet (spullen in de laders, 3 paar schoenen, een handdoek aan het drogen, overal kaarten, boek op tafel en allerlei lege borden + flesjes). Uiteindelijk was onze bus er om 9 uur, en voor het eerst heb ik in een nachtbus heerlijk liggen slapen.
De volgende ochtend kwamen we om 5 uur ’s ochtends al aan in Kyoto. Na eerst een verwarde Caroloyn wakker te hebben gemaakt (are you SURE this is Kyoto?) en een ontbijtje te hebben gehaald bij McDonalds was het tijd ons hostel te gaan zoeken, die verrassend dichtbij bleek te zijn. In dit hostel hebben de meiden het voor elkaar gekregen met zijn tweëen in slaap te vallen op een houten bankje van 50 centimeter bij ongeveer 125 centimeter, terwijl ze in hun slaap ook nog steeds zich half moesten verplaatsen omdat Carolyn met haar rug tegen een schuifdeur leunde. Om 9 uur kwam eindelijk de eigenaar van het hostel binnen en konden we onze rugzak daar laten, inchecken kon pas om 3 uur. Tijd dus om Kyoto te verkennen! In tegenstelling tot het hypermoderne Tokyo is Kyoto meer van de cultuur en historie, wat wel te zien is aan het feit dat de kaart van Kyoto gevuld is met tempels. Ik zal het opzoeken als ik Internet heb, maar ik geloof dat er meer tempels in Kyoto zijn dan dat er kerken zijn in heel Nederland. Deze tempels gingen we dus maar eens bekijken! Een van de tempels op de kaart had een plaatje met mooie cherry blossoms en er werd ons verteld dat er een bamboo forest bij de tempel was, dus Daitokuji Temple was de eerste keus. Het was wel mooi, maar niet erg bijzonder, dus besloten we door te gaan naar de Golden Temple. De Golden Temple ziet er op alle foto’s heel mooi uit, maar als je er echt heengaat ziet het er vooral erg toeristisch uit. Drommen mensen om je heen, en de gouden laag over de tempel ziet er er eerder nep uit dan als echt mooi goud. Alice had het goede idee naar Ryoanji te gaan, want haar Franse Lonely Planet zei dat dit een erg mooie temple was met een “zen-garden” die op de UNESCO World Heritage lijst stond. Hoge hopen dus, die helaas de grond in werden geboord toen bleek dat de zen garden een rock garden was, en er dus simpelweg wat rotsen op de grond lagen die iets artistieks moesten voorstellen. Ik ben vast een cultuurbarbaar, want ik zag er geen “sluipende tijgers” in.
Aangezien het intussen wel laat genoeg was om te kunnen inchecken gingen we even terug naar ons tradionele Japanse hostel, met bamboe matjes op de vloer. Leuk in theorie, maar toen we even gingen liggen waren we wel bang voor hoe we zouden slapen. Maar goed, door! We wilden graag een traditionele thee ceremonie meemaken en een geisha zien, dus we begaven ons naar Gion, het geisha-district. Toen we daar eenmaal waren kwamen we erachter dat het erg moeilijk is een geisha echt te zien, aangezien ze blijkbaar taxi’s nemen tot de voordeur van waar ze moeten zijn en dan naar binnen springen. Na hier een tijdje rond te hebben gelopen en met mensen te hebben gepraat bedachten we dat dit misschien toch iets te hoog gegrepen was, tot we vanuit onze ooghoek ineens iets wits uit een taxi zagen springen. En we hadden geluk, want de deur was op slot en de geisha kon dus niet meteen naar binnen. Toch dus een geisha gezien! Heel apart, in het verleden was het zo dat kinderen van arme ouders verkocht werden en dan opgevoed werden als geisha, maar tegenwoordig is het zo dat meisjes vanaf 15 naar een soort geisha-school kunnen, waarvan sommigen dan worden opgeleid. Nadat we dit hadden gezien besloten we ook maar direct naar de thee-ceremonie te gaan, alleen bleek dat je daarvoor moest reserveren en konden we dus pas morgen. No worries, we hadden al aardig wat cultuur opgedaan vandaag!
Tijd voor een andere prioriteit, Japans eten! We hadden gehoord dat er een food market was waar je gratis allerlei soorten Japans eten kon uitproberen, dus zoals je wel kan verwachten leek dit mij een soort hemel op aarde. Helaas bleek deze hemel op aarde om 6 uur te sluiten en waren wij dus gewoon te laat. Op zoek naar een restaurant dan maar. Alice had in de Lonely Planet gelezen over een sushi restaurant waar je lopende-band sushi had, en dat heb ik altijd al eens willen proberen! Toen we binnenkwamen bleek dat DIT de hemel op aarde was. In een restaurant zitten waar er letterlijk elke seconde een sushi-gerecht voorbij komt is voor mij als sushi-liefhebber toch een van de betere dagen in mijn leven geweest, al was het moeilijkste gedeelte niet te veel te nemen. Na een veel te grote stapel van lege bordjes te hebben verzameld en rauwe octopus te hebben geprobeerd (geen goed idee) verlieten we met een vol buikje het restaurant en zijn we door wat leuke kleine straatjes teruggelopen naar ons hostel, wat onvindbaar bleek te zijn aangezien de aardige receptionist de X op een verkeerde plek had gezet op onze kaart. Maakte niet uit, we zijn intussen gewend aan Japanners de weg vragen en ik ben verrassend behendig geworden met kaartlezen. Na te hebben gepland wat we de volgende dag gingen doen was het tijd voor een weer veel te korte slaap, op matjes waarvan het intussen niet meer uitmaakte dat ze hard waren.
Op tijd op vandaag weer! Alice en ik hadden gelezen over een tempel-complex waar het grootste houten gebouw ter wereld (of in Azie of Japan, was niet geheel duidelijk) was, en er waren heel veel herten om de tempel heen die je kon voeren en aaien. Klonk leuk! We moesten wel ongeveer een uur met de trein naar Nara, maar dat hadden we er wel voor over. Naar de tempel dus, en bij aankomst bleek dat in ieder geval het gedeelte over de herten niet gelogen was. Alice heeft een prachtige foto van een hert die mij een zoen op mijn wang geeft, dus die komt vast wel op Facebook. Nadeel was dat de helft van mijn gezicht onder het herten-slijm zat, maar wie een mooie foto wil moet er wat voor overhebben! Na veel herten te hebben geaaid en veel foto’s te hebben genomen (ik geloof dat Carolyn zo’n 5000 selfies had) gingen we door naar de houten tempel die inderdaad gigantisch was. Daarna terug naar Kyoto central, we hadden nog meer op het programma staan voor vandaag! Helaas begon het wel op de weg terug hard te regenen, en Carolyn’s en mijn idee om naar een bamboo forest te gaan leek Alice niet meer zo’n goed idee, dus besloten we op te splitsen en elkaar vanavond weer bij de thee ceremonie te zien.
Op naar de bamboo forest dus! Ik ben hier chef navigatie, en het leek vrij makkelijk de trein naar treinstation te pakken die recht voor het bos stopte. Makkie. Totdat die halte ineens niet meer bestond en we uitstapten midden tussen de bergen, met aan alle kanten bos, rivier en wolken. Aangezien ik uit ons platte kikkerlandje kom vond ik het prachtig, bergen in de mist zie ik niet zo vaak. Voor Carolyn, Canadees, was dit zo ongeveer het uitzicht als ze naar school liep. Maar goed, we hadden niet echt veel tijd ingepland voor verkeerde haltes en moesten dus snel de juiste vinden. Toen we uiteindelijk in de buurt van het bos uitkwamen bleek niet alleen dat de halte niet langer bestond, maar ook dat de kaart om bij het bos te komen compleet verkeerd was en we dus weer verkeerd gelopen waren. Met de hulp van wat behulpzame locals (alweer!) konden we het toch vinden en was het het zeker waard. Ook nog een paar kleine tempels daar in de buurt gezien, totdat we ineens uitvonden dat het al bijna 5 uur was en we om 6 uur bij de theeceremonie moesten zijn. Haasten dus, en om 17:50 bij de thee-ceremonie aankomen waar we Alice weer zagen.
Een thee-ceremonie hier in Japan is een erg traditioneel, ritueel gebeuren. Uiteindelijk maakten we ook onze eigen groene thee, wat verrassend lekker was. Hierna was het tijd weer wat nieuw Japans eten uit te proberen, Alice had in haar gids een restaurant staan dat erg goed en goedkoop zou zijn. Perfect, dat is precies wat we willen. Ik had Japanese-style pizza en shrimp soup, allebei geweldig. De meiden besloten yaki-tori te proberen wat zo erg tegenviel dat er uiteindelijk nog een japanese-style pizza werd besteld. Helaas was dit ons laatste avondmaal in Kyoto, morgen moesten we alweer op de bus terug naar Tokyo. Deze korte reizen zijn altijd erg leuk om te doen, maar in Japan zou ik toch graag wat langer zijn.
Na de meiden wakker te hebben geschud aangezien ze allebei hadden besloten uit te slapen (mooi niet!) was het tijd op onze laatste ochtend in Kyoto de nummer 1 toeristenattractie te zien, de Fushimi Inari shrine. Dit staat bekend om de oranje bogen waar je onderdoor en tussendoor kan lopen. Vooral als je er binnenin loopt ziet het er erg apart uit, overal om je heen oranje. Dus als een echte Nederlander moest ik hier wel een foto hebben, het kan nog van pas komen bij het WK! Toen de meiden er doorheen liepen waren ze het er toch mee eens dat het het wel waard was om voor op te staan, ook al was het al de hele tijd keihard aan het regenen. Hierna een kwartiertje een trein terug naar Kyoto, want we moesten op tijd zijn voor onze bus. Gelukkig hadden we wel tijd nog een keer het lopende band sushi restaurant te bezoeken waar we na een veel te enthousiast begin “This one! Oh and this one! Oh the salmon of course” meteen per persoon een gerecht of 5 voor onze neus hadden staan na van tevoren te hebben besloten er maar een paar te nemen. Na dit weer erg heerlijke maal gingen we naar onze bus, die vrij luxe bleek te zijn met een personal entertainment unit en een soort kap die je over je hoofd kon doen voor als je wilde gaan slapen. Niet dat ik daar aan toe kwam, toen we eenmaal Kyoto uitreden was het landschap geweldig met knalgroene rollende bergen, en aangezien we op vrij grote hoogte waren reden we dan ook nog eens in of boven de wolken. Natuurlijk ben ik zo onhandig met camera’s dat ongeveer elke foto een reflectie van mezelf is in het raam of ik de vangrails erop heb staan, dus zullen jullie me maar op mijn blauwe ogen moeten geloven.
Na 8 uur rijden kwamen we aan in Tokyo, terug naar waar we waren aangekomen. We hadden hier nog een paar uur aangezien de laatste metro naar het vliegveld rond half 12 ging, dus besloten we de haven te bezoeken. In de metro die langs de haven rijdt hadden we een prachtig uitzicht, en de metro zelf voelde half als een achtbaan aan. Dit zou ons laatste uitje worden in Japan, want het was nu toch ondertussen tijd wat eten te vinden en ons naar het vliegveld te begeven. Op het moment dat ik dit allemaal schrijf zit ik aan een tafeltje op het vliegveld, waar we nog 4 uur moeten wachten op onze vlucht van 6:20 AM. Carolyn heeft het weer voor elkaar gekregen op een marmeren bankje in slaap te vallen terwijl Alice ook haar blog aan het schrijven is. Helaas is er ook wat slecht nieuws te melden. Mijn prachtige schoenen waarop ik Hong Kong en half Zuid-Oost Azie ben doorgelopen hebben het nu eindelijk opgegeven, en dan ook wel compleet opgegeven. Ik was er al een tijdje bang voor, maar ik kon geen schoenen vinden in Hong Kong die mijn maat zijn. De schoenen zijn nu zo kapot dat ze letterlijk uit elkaar vallen, er zijn al stukken uit en mijn zooltjes was ik bijna kwijt aangezien de bodem grotendeels weg is. Jammer, maar ach, als dat het ergste is.
Nog wat zaken die erg zijn opgevallen hier in Japan:
- Als je een man bent in Tokyo loop je in pak. 99% van de tijd, onafhankelijk van of je naar McDonalds gaat of naar een vergadering.
- Als je WC geen verwarmde bril heeft en niet ten minste 10 knoppen heeft aan de zijkant hoor je er niet bij.
- Sommige mensen kunnen overal slapen.
- Er is ongeveer elke 50 meter een machine om drankjes te kopen. Niet alleen koud, maar ook warme koffie, chocomel en dergelijke.
- 7/11 en andere supermarkts hebben lekkere sushi.
- Japanners zijn de meest behulpzame mensen ter wereld.
- De metro-kaart voor Tokyo ziet er met veel strakke lijnen en kleurtjes uit als moderne kunst.
- Transport in Japan is duur.
- Japanners hebben stijl. Mooie pakken, vaak een hoed of iets dergelijks, vrouwen altijd mooi gekleed.
- Japanners houden van gekke manga-figuren met grote ogen en hoge stemmetjes.
- Hier in Japan worden auto’s op normaal formaat gemaakt en dan samengedrukt. Geen grapje, zo ziet het er echt uit.
- Ondanks het feit dat Japan een van de meest onwikkelde landen ter wereld is is het onmogelijk ergens free wifi te vinden.
- Als je je tas achterlaat op straat staat hij er na een half uur nog, als je je iPod vergeet bij de 7/11 kan je rustig een sake brouwerij tour doen en daarna hem bij de 7/11 weer gaan halen (ik was het allebei niet).
- Straten in Japan zijn allemaal schoon, ook al is er voor mijn gevoel 1 prullenbak per stadsdeel.
Dus dat was weer een mooie reis! Japan was een geweldig land, en ik ben blij dat ik het nog heb bezocht voordat ik terugga naar Nederland. Inmiddels is het nog maar 2 weken voordat de examens voorbij zijn en mijn tijd hier in Hong Kong is afgelopen, en het is niet een countdown die ik graag doe. De reis naar Vietnam is inmiddels wel compleet uitgepland, en ik heb er heel erg zin in! Nu nog even China plannen, en terwijl ik dit schrijf realiseer ik me dat het leven toch vrij leuk is!
Ik ga eens studeren voor tentamens want het is uiteindelijk toch een study abroad, en de examenperiode waarin we gaan zien of we echt zo slim zijn als we denken doemt ineens voor ons op. Overschakelen van genieten in Japan naar analyzeren waarom Shanghai een goede kans heeft Hong Kong als financieel centrum in te gaan halen dus maar! Au revoir, en tot schrijvens!
-
02 Mei 2014 - 00:22
Suzy:
Hoi Milan,
Ben het stuk even in stukjes aan t lezen. Wat een lap tekst. Maar leuk ! Morgen de rest lezen, doei lieverd, x mama -
02 Mei 2014 - 10:17
F.Michiels:
Inderdaad een hele hap. Heb het er echter graag voor over en door de schrijfstijl leuk om te lezen. Ben er lekker even voor gaan zitten en heb er van genoten. -
02 Mei 2014 - 10:37
Suzy:
Hoi Milan,
Prachtig verhaal ! Wat heb je daar veel gedaan en gezien, wat een ervaringen. Volgens mij vond je het een prachtig land. Wat zal je moeten wennen terug hier in dat kleine Nederland.....maar eerst nog even studeren, en dan weer genieten van China, Vietnam, Nieuw zeeland, Esther !, en Amerika.
Tot gauw, dikke knuffel xxx mama
-
02 Mei 2014 - 18:35
Emiel:
Jezus Milan, fantastisch ! Zo leuk geschreven, dat het lijkt of ik er zelf bij ben. Ben apetrots op je en heb nu tranen in mijn ogen xxxx pappa.
-
03 Mei 2014 - 11:55
Ilse:
He Milan,
wat een prachtig verhaal en zeker een prachtige ervaring weer! En wat gaat de tijd opeens snel he..nog maar twee weken! Maar ook nog veel leuks in het vooruitzicht!
Hou ons maar goed op de hoogte, het is iedere keer weer een feest om je verhalen te lezen!
liefs, Ilse -
08 Mei 2014 - 15:57
Dave Brinkman:
Dag Milan,
Heb met veel plezier je verhaal gelezen, alsof ik er zelf bij was.
Laatst je moedertje, vader en je zusje hier in Frankrijk gezien, hoop dat je er de volgende keer bij bent
Ik blijf je verhalen volgen en wens je veel plezier in Vietnam.
Hartelijke groet
Dave -
17 Mei 2014 - 08:37
Marja Blokdijk:
Nou wat een verhaal weer, prachtig!
Heerlijk om te lezen ik kijk uit naar de volgende reis die je gaat maken, kunnen we weer mee genieten.
Ben benieuwd naar Vietnam, we gaan het wel lezen.
Heel veel plezier nog, tot de volgende keer.
Groetjes van Jacques en Marja -
22 Mei 2014 - 08:51
:
geweldig Milan wat jij allemaal mee maak ik geniet van je verslagen en ben er in gedachten een beetje bij nog heel veel plezier .Ik ben heel benieuwt naar Vietnam veel liefs Oma xxxx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley